EEN BUURT VAN EN VOOR DE TOEKOMST

Via een participatief traject (co-creatieweek) werd door een stedenbouwkundig bureau, in samenwerking met een technisch bureau en de landschapsarchitect, toegewerkt naar een gedragen masterplan. Het masterplan werd in juni 2020 formeel goedgekeurd in de gemeenteraad van Wijnegem. In een na-traject werd dit masterplan, in nauwe samenwerking met deskundigen, bevoegde diensten, eigenaars en gemeente, verder verfijnd.
De krachtlijnen van het masterplan werden verder uitgewerkt in een gebiedsdekkend verkavelingsdossier.

Belangrijke cijfers zijn:

  • meer dan 50% van de totale oppervlakte van de site blijft groen
  • ca. 28.000 m² openbaar parkgroen
  • 290 wooneenheden waarvan 146 eengezinswoningen
  • 390 parkeerplaatsen (ca. 1,34 parkeerplaatsen per woning)
  • 1150 fietsstalplaatsen(4 fietsenstalplaatsen per gezin)

Naast het formele indelingsplan wordt ook een duidelijke ambitie gedefinieerd voor de publieke ruimte en de woonunits. Bij de uitwerking van het vergunningsdossier zijn vervolgens de richtlijnen vastgesteld op schaal van de wijk, het woonveld en het gebouw.

DUURZAAMHEID ALS DRAGER

Binnen het project staan de concepten leefkwaliteit en duurzaamheid centraal. In deze context wordt de kans gegrepen om een gebiedsdekkende, overkoepelende visie te ontwikkelen en leefkwaliteit, duurzaamheid en beeldkwaliteit als één verhaal te ontwikkelen. Op deze manier kan een wijk ontstaan waarin de verschijningsvormen rechtstreeks volgen uit een doorgedreven aandacht voor een duurzame beleving.
Wat het project duurzaam maakt is de zorgvuldige uitwerking met oog voor:

  • transport
  • waterhuishouding
  • landgebruik en ecologie
  • materiaal en afval
  • energie
  • gezondheid en comfort

EEN NIEUW PARK VOOR DE BUURT

Het concept voor het ontwerp van de verkaveling is het creëren van twee woonzones die van elkaar worden gescheiden en die de centrale uitgestrekte groene open ruimte omarmen. Deze groenzone wordt ingericht als park en aangelegd als een bolle akker. Deze hellingsgraad zal daarbij zeer beperkt zijn (te vergelijken zijn met de helling op een voetbalveld) en zal amper met het blote oog zichtbaar zijn. Dankzij het principe van de bolle akker wordt een nul-balans nagestreefd in het grondverzet en moet er geen grond worden afgevoerd.

VERHOGEN VERBLIJFSKWALITEIT

De projectsite is gelegen langs de Houtlaan die gekenmerkt is door geluidbelasting van gemotoriseerd verkeer. Ten aanzien van de Houtlaan wordt daarom een robuuste landschappelijke geluidswal aangelegd in de vorm van een takken- en houtwal en een talud. Ook de inplanting, keuze van woontypologie en bouwhoogte voor de bebouwing tegenaan de Houtlaan vormen een ruimtelijke buffer ten aanzien van het geluid.

Op het talud kan tot 6 bouwlagen hoog gebouwd worden waardoor een maximaal geluidsscherm ten aanzien van de Houtlaan wordt gecreëerd. De meergezinswoningen worden gepercipieerd als geluidswalwoningen: het zijn doorzonwoningen met een gesloten noordgevel (gericht naar de Houtlaan) en een maximaal open zuidgevel (gericht naar het park).

Ruimtelijke ingrepen ifv. het beperken van de geluidsbelasting

WATER ALS TROEF

Op de site kan worden uitgegaan van een volledig gescheiden stelsel.
Het algemene uitgangsprincipe is dat hemelwater op volgende wijze (in volgorde van prioriteit) wordt aangewend:

  1. Infiltratie op eigen terrein.
  2. Hergebruik, doormiddel van een hemelwaterput.
  3. Buffering met vertraagd lozen in een oppervlaktewater of een kunstmatige afvoerweg voor hemelwater.
  4. Gescheiden afvoer via leidingen.
  5. Aansluiting op gemengde riolering.

De verharding wordt beperkt. Grote onverharde zones laten een vlotte infiltratie in de bodem toe. Doordachte groenaanplant en open grachten zorgen voor infiltratie en een natuurlijke opname van hemelwater. Het afstromende hemelwater van de wegenis en private percelen wordt opgevangen in wadi’s die afwateren richting de centrale groenzone. Het water vormt teven een landschappelijk element. Het wadi-stelsel wordt zo berekend dat het water maximaal kan infiltreren op eigen terrein en geen waterdruk genereert buiten de projectzone.

WONEN IN RELATIE TOT DE NATUUR

De 2 woonclusters omarmen het park. Binnen elk van de woonclusters bestaat een samenspel van verschillende typologieën en inplantingen die een diversiteit aan woonsferen creëren. De samenhang van het projectgebied wordt bewaakt door een beeldkwaliteitsplan waarin elementen met betrekking tot vormgeving en materiaalgebruik, afgestemd op het karakter van de wijk en de onmiddellijke omgeving, beschreven zijn.

De meergezinswoningen schikken zich rond het centraal park. Ze zorgen enerzijds voor de afbakening van het park en anderzijds bieden ze een vorm van sociale controle over de publieke ruimte. De aanwezigheid van het park geeft van haar kant een extra gevoel van ruimte en groen (woon-en leefkwaliteit) aan de leefruimtes van de appartementen.

De grondgebonden woningen zijn 2 tot 3 bouwlagen hoog. Er bestaat een variatie in gebouw- en perceelsgrootte. Elke grondgebonden woning geniet van een privatieve achtertuin. In sommige gevallen wordt er ook een voortuin voorzien.

MOBILITEIT IN HARMONIE MET DE OMGEVING

De ontsluiting voor autoverkeer gebeurt via twee aparte toegangswegen, die niet verbonden zijn. Het scheiden van de toegangswegen laat toe om enkel bestemmingsverkeer aan te trekken en het park volledig te ontzien van doorrijdend gemotoriseerd verkeer. De inrichting en materialiteit van de wegenis is gebaseerd op het principe van shared-space binnen een woonerf. De auto wordt zoveel mogelijk uit het straatbeeld gehouden. Er wordt een voorkeur gegeven aan parkeerclusters. Een minderheid van de woningen parkeren op het eigen perceel en de groepswoningen hebben een (half)ondergrondse parking voor de private wagen.

Er wordt tevens ruimte voorzien om elektrische en deelwagens te kunnen voorzien.

EEN MASTERPLAN OP MAAT VAN DE BUURT

(Fig. Masterplan dd. 10-12-2020)